Vogels voeren: hoe voorkom je ongedierte?

Het voederen van vogels in de tuin kan soms ongewenste gasten zoals muizen en ratten aantrekken, een uitdaging waar velen van ons mee te maken krijgen. Gelukkig bestaan er door enkele eenvoudige wijzigingen door te voeren en slimme tips toe te passen, methoden om ongedierte weg te houden.

Voorkom een muizen- of rattenplaag

Muizen en ratten kom je overal tegen, en ze zijn voornamelijk 's nachts actief op zoek naar eten. Wanneer jouw tuin voldoende voedsel biedt, is de kans groot dat ze zich daar gaan vestigen. Ze vermenigvuldigen zich snel en voor je het weet, heb je te maken met een lastige plaag die moeilijk te bestrijden is.

Het laten staan van pluimveevoer, uitgestrooid kippengraan of een zak graan in je schuur trekt deze dieren ook aan. Stress bij kippen neemt toe als muizen en ratten door het hok lopen en ze kunnen ook ziektes overbrengen. Hun uitwerpselen en urine verspreiden zich, ook over het eten.

Doseer het voeren

  • Geef je tuinvogels dagelijks kleine hoeveelheden voedsel, afgestemd op het aantal vogels dat je tuin bezoekt. Zorg ervoor dat er tegen de avond niets meer over is. Voedselresten trekken 's nachts muizen en ratten aan.
  • Vul ‘s ochtends vroeg en tegen het einde van de middag het vogelvoer aan. Verwijder overgebleven eten wanneer het begint te schemeren, zodat er niets meer overblijft voor ongewenste dieren. Vogels eten graag een stevig ontbijt in de ochtend en tegen de avond vullen ze hun maag om de nacht door te komen.

Hang het voer in de lucht

  • Door vogelvoer op te hangen, bijvoorbeeld aan een voerstation, en een anti-rattenkoepel te gebruiken, voorkom je dat muizen en ratten erbij kunnen. Een gladde koepel verhindert dat ze bij het voer kunnen.
  • Voer dat je op een verhoogde voedertafel legt, kun je makkelijker weghalen als het niet is opgegeten. 
  • Hang pinda’s, zonnebloempitten en strooivoer in silo’s in bomen of struiken. Er zijn veel systemen om vetbollen en pindakaas op te hangen.
  • De voedersystemen ophangen aan een dunne waslijn kan hier ook een oplossing voor bieden.
  • Een opvangschaal onder de silo’s voorkomt veel voer op de grond.
  • Voor vogels die hun eten op de grond zoeken, zoals de heggemus, merel en het roodborstje, bied je voedsel aan op een speciale grondvoedertafel, die je ‘s avonds weer makkelijk kan wegnemen.

Bewaar voedsel veilig

  • Bewaar vogel- en kippenvoer in afgesloten bakken om het niet alleen vers te houden, maar ook om het onbereikbaar te maken voor knaagdieren.
  • Laat graanzakken niet open en bloot in de schuur staan, want knaagdieren knagen hier makkelijk doorheen.
  • Strooi geen graan voor de kippen op de grond en gebruik geen open voerbakken, dat maakt het hen te gemakkelijk! Voor pluimvee, zoals kippen, eenden en fazanten, zijn er speciale voerbakken die knaagdieren weren. Met een trapbak krijgen alleen kippen toegang tot het voer, en een voederton is geschikt voor sier- en watervogels, fazanten en kippen.

Voer hygiënisch

Als je besluit om de vogels in je tuin te voeren, doe dit dan altijd schoon en zorgvuldig. Vogelvoer dat te lang ligt, kan bederven of beschimmelen, wat heel schadelijk is voor de vogels. Dit kan hen zelfs ziek maken of erger. Zorg daarom dat je het voeren op een nette manier aanpakt. 

  • Door kleine porties te geven, voorkom je niet alleen dat ongedierte op het eten afkomt, maar ook dat het voer door vocht een smerige massa wordt.
  • Maak voederplekken, zoals tafels en silo's, regelmatig schoon met kokend water om schimmel en kieming te voorkomen, vooral als de zaden samenklonteren onderin. Verwijder samenklonterende zaden of pitten onmiddellijk.
  • Vetvoerproducten die te lang buiten blijven hangen, kun je maar beter weghalen, vooral als het zacht en vochtig weer is, aangezien ze snel bederven en een zwarte laag kunnen vormen.
  • Zorg ook dat drinkbakken schoon zijn en voorzien van vers water.
  • Probeer de omgeving netjes te houden door overtollig voedsel op de grond op te ruimen
  • Vermijd het geven van brood, kaas of zoute producten aan de vogels.