Wie droomt er niet van een strak, groen gazon? Maar hoe vaak je ook maait of bemest - als je het zaaien niet goed aanpakt, krijg je nooit dat mooie resultaat. Voorkom teleurstelling en pak het vanaf het begin grondig aan.
Zo zaai je het perfecte gazon
Welk graszaad past bij jouw gazon?
Begin bij de basis: de bodem
Een stralend gazon begint onder de grond. Gras groeit het best in een losse, humusrijke en goed bemeste bodem met voldoende kalk. Investeer in een degelijke voorbereiding – het loont echt op lange termijn.
Laat de bodem vooraf analyseren. Zo weet je precies welke voedingsstoffen ontbreken en hoeveel kalk of mest je moet toevoegen. Begin met een schoon terrein: verwijder al het onkruid, oud gras of beplanting. Frees de grond tot zo’n 30 cm diep en haal puin, stenen en wortels eruit. Laat de bodem vervolgens een paar weken braak liggen. Schoffel intussen geregeld het onkruid weg dat opnieuw opkomt.
Meng de bovenlaag met compost of bodemverbeteraar en voeg organische gazonmest toe – tenzij je bodemstaal iets anders aangeeft. Daarna egaliseer je alles: druk de grond aan met een wals en hark hem fijn. Herhaal dit tot de ondergrond helemaal vlak ligt, zonder kuilen of hobbels. Laat het geheel nog een paar weken braak liggen voor je gaat zaaien.
Heb je te maken met droge, zanderige grond? Voeg dan extra compost of bodemverbeteraar toe. Overweeg ook een sproei-installatie – zo krijgt je gazon een eerlijke kans, zelfs tijdens droge zomers.
De kunst van precies zaaien
De beste momenten om gras te zaaien zijn tussen half maart en begin juni, of in september en oktober. Maak de grond eerst mooi egaal met een hark en druk die daarna licht aan. Heeft het in de week ervoor niet geregend? Besproei de aarde dan een beetje.
Zaai het gras in twee keer met een strooiwagen of handstrooier, kruislings over elkaar. Hark het daarna heel lichtjes in, strooi er een dun laagje potgrond over en druk of rol alles goed aan. Als alles goed is zie je na zo’n twee weken de eerste sprietjes verschijnen. Blijft dat uit, dan kan droogte de boosdoener zijn. Hou de grond de eerste drie weken constant vochtig. Regent het niet, dan moet je dus sproeien. En belangrijk: loop er niet overheen!
Heb je last van vogels? Zet een vogelverschrikker neer of span een lint met wat zilverpapier over het gazon. Zie je wat onkruid verschijnen? Geen paniek. Na een paar keer maaien is dat vanzelf verdwenen.
Klaar voor de eerste maaibeurt?
Maai voor het eerst als het gras zo’n 8 tot 10 centimeter hoog staat. Rol het gras de dag ervoor nog even, dat maakt de grassprieten sterker. Maai op stand 6 en twee dagen later op stand 5.
Heb je een speel- of sportgazon waar vaak op gelopen wordt? Dan mag je het wat hoger maaien dan een siergazon dat weinig betreden wordt. Ga in elk geval nooit lager dan stand 4: te kort maaien verzwakt het gras en maakt het vatbaar voor mos.
Een pas aangelegd gazon geef je het eerste jaar geen mest. Begin daar pas het volgend voorjaar mee en gebruik een organische gazonmest (liefst eentje met extra kalium en magnesium). Strooi dan ook een dun laagje compost (ongeveer 1 kilo/m²) over je gras. Dat werkt als een beschermend jasje en voedt de wortels met nuttige micro-organismen die je gazon sterker maken.